Van twee handen naar de schrijfhand
Bij Schrijfdans geven we beide handen gelijke kansen om te vermijden dat één hand te snel dominant wordt en de andere hand of hulphand verwaarloosd wordt. Deze hand moet immers hulp bieden bij het opschuiven van het papier en geeft ondersteuning bij een goede schrijfhouding. Met wasco’s op grote vellen papier en op A3 of A4 werken we met kleurpotloden of gewoon potlood maar kinderen vinden het een leuke uitdaging om ook met twee kleurpotloden in iedere hand tegelijk de oefeningen te doen.
In het algemeen verloopt de lateralistaite, dat wil zeggen het ontwikkelen van de rechter-of linkerhand als voorkeurshand tot een jaar of zes vanzelf en op natuurlijke wijze. Is dat niet het geval en is het psychomotorische evenwicht onvoldoende, dan kan het kind tussen de zes en acht jaar enkele cijfers en letters om gaan draaien. Juist daarom biedt dit boek verschillende spiegeloefeningen aan. We schrijven eerst de ‘voor de hand liggende’ schrijfbeweging. Daarna draaien we het blad ondersteboven om de gespiegelde beweging eroverheen te maken. Boven en onder, links en rechts wisselen elkaar voortdurend af als de schering en inslag van een weefwerk. We bevorderen hierdoor de ruimtelijke orientatie.